Briljante uitvinding: de barbecue

Barbecueën doen we werkelijk al eeuwen. Maar hoe komen we er eigenlijk aan? Hebben we het van de Arawakan-Indianen of toch van de culinaire Fransen?

Holbewoners barbecuede toch al?

Jazeker, maar dat ging toen nog zo primitief! Pas nadat iemand de vuursteen had ‘uitgevonden’, hoefden ze hun tanden niet meer in een stuk rauw vlees te zetten. Na een urenlange sprokkeltocht voor ‘droog’ hout konden ze eindelijk hun magen vullen met een homp zwartgeblakerd vlees. Een minder prettige bijkomstigheid van deze manier van barbecueën was wel dat ze compleet hun grot werden uitgerookt!

Maar wie heeft dan de barbecue bedacht?

Welnu, daar zijn de meningen over verdeeld. Er zijn twee verhalen, waarvan we beginnen in Puerto Rico en in het oostelijk deel van Cuba. Daar leefden de Arawakan-Indianen. Zij gebruikten het woord baracbicu (heilig vuurbed). De stookplaats waarop hun vlees werd gegrild noemden ze ‘barbicoa’. De Arawakan-Indianen hadden overigens een heel lucratief ‘bijbaantje’ namelijk: piraterij. Tja, of zij daardoor alleen malse kippetjes op hun baracbicu grilden?

De Fransen claimen de barbecue

Het andere verhaal gaat over de culinaire Fransen. Die hielden wel van een gegrild varkentje boven het vuur. Ze staken een stok door de bek van het dier, die er van achteren weer uitkwam. Het vlees werd zo urenlang boven het vuur rondgedraaid, net zo lang totdat het heerlijk sappig en gaar was. In de volksmond noemden ze dit: “erin bij de baard, eruit bij de staart”. Kijk, nu komt het woordenboek er aan te pas. Baard=barbe, en=et, staart= queue. Spreek je het snel achter elkaar uit dan krijg je…BarBeQue.

Gatver allemaal as in het eten

De houten stookplaatsen werden eeuwen later vervangen door die van steen. Maar ja, ook de stenen stookplaatsen hadden zo hun nadelen. Wanneer het regende kon men buiten niet barbecueën en bij een beetje veel wind zaten zowel de barbecue-er als het vlees helemaal onder het as.

Hoera… de Weber

Maar daar kwam gelukkig een oplossing voor. George Stephen! Hij zag tijdens een dagje zeilen (1952) een stalen boei in het water liggen en zag daar plots een barbecue in. Dolenthousiast zaagde hij thuis het ding in tweeën. Hij gebruikte beide delen van de boei. Eén als onderstel en één als deksel. Hij plakte er een handvat op en zette er poten onder. Tataa…..de weber! George reisde heel Amerika af om zijn product aan de man te brengen, wat hem nog lukte ook…..wereldwijd!

 

Foto
Nationaal Archief

 

Laat een reactie achter