De Renault 4. Van deze typische Franse ‘boulangerie-auto’ zijn ruim acht miljoen exemplaren verkocht. Maar waar zijn ze nu gebleven?
Renaultje 4
Denkend aan de Renault 4 zal bij menigeen waarschijnlijk de bekendste variant, de R4-bestel (de Fourgonette) voor het geestesoog verschijnen. Dat is niet zo gek, want deze typische Franse ‘boulangerie-auto’ was jarenlang de best verkopende in zijn klasse.
Simpel én zuinig
Het begon allemaal in 1961 toen de Renault 4, een simpele, zuinige en goedkope gezinsauto, in een drietal varianten op de markt kwam. Zo was er de zéér sobere R3 (603 cc), de standaard R4 (747 cc) en de luxe R4 L met prachtig chroomwerk en achterzijruitjes die open konden. Alle varianten waren voorzien van de welbekende versnellingspook in het dashboard en waren eigenlijk best comfortabel te noemen.
Renault verslaat Deux Chevaux
Met de nieuwe R4’s wilde Renault-directeur Pierre Dreyfus niet alleen de wereld veroveren, hij had als missie om de toen zeer populaire Deux Chevaux te gaan overtreffen. Dat is hem gelukt! Renault verkocht meer dan acht miljoen exemplaren en werd daardoor de bestverkochte Franse auto ter wereld (Deux Chevaux 4 miljoen).
Geen toeters en bellen!
In zijn ruim dertigjarige bestaan is er, behalve veranderingen aan onder andere het dashboard, de bumpers en de typische Renault-grille, eigenlijk weinig aan het model veranderd. Wel kwamen er speciale edities, zoals de Safari, Sixties, Jogging, Savanne en de ‘Plein Air’ op de markt.
Bye Bye R4
Waarschijnlijk heeft de regelgeving rondom de uitstoot van uitlaatgassen de Renault 4 de das om gedaan. In Nederland was de R4 nog tot 1986 leverbaar, terwijl in Frankrijk de laatste in 1993 werden verkocht. Overigens kregen de laatste 1000 exemplaren een nummer dat terugtelde tot 1, de ‘Bye-bye’- serie.
Nog rijden of autosloperij?
Helaas hebben de meeste Nederlandse R4-s ons gure klimaat niet overleefd en eindigden flink doorgeroest bij de autosloperij. Van de laatste R4’s die momenteel nog rondrijden, zullen vele afkomstig zijn uit het zonnige Zuid-Europa.
Foto
Wikipedia
