De avonturen van Dik Trom

De avonturen van Dik Trom beginnen in 1891. Schrijver en onderwijzer Cornelis Johannes vindt dat kinderen veel te ‘brave’ boeken moeten lezen.

Cornelis Johannes Kievit

Wordt geboren op 3 maart 1858 in een gezin van elf kinderen in Hoofddorp. Johan gaat op zijn zestiende naar de kweekschool in Delft. In 1877 wordt hij hulponderwijzer aan de openbare lagere school in Vijfhuizen. Twee jaar later krijgt hij een aanstelling als onderwijzer in Lisse, waar hij Gezina Veldhuyzen van Zanten ontmoet. Het stel verhuist naar Den Haag waar Johan een baan als onderwijzer krijgt.

Johan Kievit wordt schoolhoofd

Het is 1883 wanneer Johan hoofd van de openbare lagere school in Etersheim wordt. Johan besluit om een boek te gaan schrijven, wat geschreven is door de ogen van een kind en niet ‘volgepropt met grote-mensengedachten’. Iedere avond schrijft hij tien velletjes en leest die voor aan zijn vrouw (en later aan zijn kinderen). De volgende dag leest hij de velletjes voor in de klas of hij laat de ouder kinderen het voorlezen aan de jongere. Handig, want zo kan hij de reacties van de kinderen observeren en zo nodig zijn verhaal aanpassen.

Johan’s eerste boek

Dat is De twee neven (1890). Uit het leven van Dik Trom volgt in 1891. Niet iedereen vindt Dik Trom grappig. Veel uitgeverijen vinden het toch echt niet kunnen die kwajongensstreken en dan ook nog eens spotten met het gezag (veldwachter Flipsen wordt door Dik Trom menig keer in de maling genomen). Uitgeverij P. Kluitman durft het in 1892 wel aan en betaalt Johan Kieviet 75 gulden aan honorarium. De uitgever vindt dat honorarium achteraf veel te hoog, aldus de brief die Johan ontvang, want het duurt uiteindelijk acht jaar voordat deze druk helemaal uitverkocht is.

Tweede druk wel succesvol

Het is 1899 wanneer Kluitman (op aandringen van diens zoon) de illustrator Johan Braakensiek benadert om illustraties voor Dik Trom te maken. Braakensiek, die dubbel van het lachen ligt tijdens het lezen van de avondturen van Dik Trom, stemt toe. Deze tweede druk verkoopt veel beter.

Johan Kieviet verhuist

Johan wordt in 1904 hoofd van de openbare lagere school in Zaandam. Ook hier blijft Johan schrijven. Boeken zoals: De zoon van Dik Trom (1907), De club op reis (1903) en Toen Dik trom een jongen was (1912) en nog vele anderen volgen. Oud-leerlingen vertellen dat wanneer Johan zag dat kinderen ‘natte’ voeten hadden, hij ze 60 cent gaf om direct nieuwe klompen te kopen in de winkel vlakbij. Kon je als kind een goed verhaal vertellen aan schoolhoofd Kieviet? Dan leverde je dat een stuk chocolade of een blok noga op.

Johan gaat met pensioen

Na tien jaar gaat hij met vervroegd pensioen, omdat zijn gezondheid hem in de steek laat. Zijn vrouw komt in 1917 te overlijden. Johan verhuist naar Wassenaar. Hij mist, behalve zijn vrouw, de schoolkinderen en diens verhalen enorm. Wel ontvangt hij regelmatig opstellen over Dik Trom van scholieren , wat beloont wordt door het terugsturen van een pak ‘gevulde koeken’. In Wassenaar schrijft hij de laatste drie delen over Dik Trom: Dik Trom en zijn dorpsgenoten (1920), Het tweede boek van Dik Trom en zijn dorpsgenoten (1923) en Avonturen van Dik Trom (1931).

Cornelis Johannes Kieviet overlijdt

Het is op 12 augustus 1931 wanneer Johan komt te overlijden. Behalve 48 boeken die gedrukt zijn, schrijft Johan ook een aantal toneelstukken (gebaseerd op zijn eigen boeken). De boeken over Dik Trom zijn meerdere malen verfilmd. In 1973 wordt zelfs een standbeeld van Dik Trom op een ezel in Hoofddorp onthuld. Sinds 2013 is in het voormalig dorpsschooltje van Etersheim een kinderboekenmuseum “Het Schooltje van Dik Trom” gevestigd.

De ondeugende Dik Trom verboden boek

Leuk detail is, dat tijdens de tweede wereldoorlog De zoon van Dik Trom op de lijst van verboden lectuur stond, omdat er een sneeuwballengevecht in voorkomt tussen Duitsers en Hollanders. De Duitsers verliezen en de Hollanders roepen ‘leve de koningin’ en ‘weg met de Duitsers’ , tja……..

 

Foto
Nationaal Archief

Laat een reactie achter