Met ruim honderd titels op haar naam was ze jarenlang de meest uitgeleende auteur in de Nederlandse bibliotheken: Mien van ’t Sant.
Verplicht tot onderwijzeres
Op 23 februari 1901 wordt Aartje Wilhelmina (Mien) van Bommel geboren te Gorinchem. Mien wil dolgraag de journalistiek in, maar ze moet van haar vader naar de kweekschool. Vanaf haar achttiende staat ze zeven jaar voor de klas. Ze haalt haar hoofdakte en de lo-akte Duits, studeert extra vakken als: Latijn, boekhouden, Italiaans, Noors, typen en steno en haalt haar leraarsopleiding. Terwijl ze bezig is met haar studie voor de mo-akte gaat het mis en raakt ze langdurig overspannen.
‘Wijs mij de Weg’
Mien ontmoet Willem Cornelis van ’t Sant en trouwt met hem in 1927. Het stel blijft kinderloos. Samen geven ze jarenlang huiswerkbegeleiding aan middelbare scholieren. Tijdens een negen maanden durend verblijf in een hertellingsoord, vanwege enorme migraine, schrijft ze haar eerste drie boeken. Gek genoeg wordt het laatste deel ‘Wijs mij de weg’ in 1948 als eerste uitgegeven. Later verschijnen ook de eerdere delen: ‘Op de drempel’ (1949) en ‘Het volle leven tegemoet’ (1950). Nadat ze een reisgids en een Duits meisjesboek heeft vertaald, begint ze aan een serie voor meisjes vanaf tien tot zestien jaar: de populaire ‘Mieke’-serie.
Ruim honderd titels
De ongekend hoge oplage en de daarbij behorende financiële opbrengsten kunnen haar niets schelen. Behalve aan reizen geeft ze nauwelijks geld uit. Vanwege reuma moet Mien tien jaar voor haar dood noodgedwongen stoppen met schrijven. De laatste acht jaar van haar leven brengt ze door in een bejaardenhuis. In 1987 richt ze een naar haarzelf genoemd fonds op met onder meer als doel om haar romans bijeen te houden en te bewaren. De bibliotheek van Gorinchem en Leersum ontvangen na haar dood in 1994 een kast met daarin al haar uitgegeven titels; dat zijn er meer dan honderd!
Foto:
Nationaal Archief
