Een vredige ochtend, maar net even anders

Het is nog stil op straat. In de meeste huizen heerst een diepe rust. De gordijnen zijn nog gesloten. In alle vroegte wandel ik met de honden langs de waterkant. De natuur is prachtig. Een blauwe lucht met wollige wolken, die weerspiegelen in het water. De zon laat de dauw op de grassprieten glinsteren.

In de sloot is het een drukte van jewelste.

De waterhoentjes en meerkoeten maken een enorme ruzie over wie welk stukje rietkant mag bewonen. In een boom vlak voor me, hangen twee duiven haast ondersteboven om te smullen van de net ontluikende boomknoppen. Boordevol vitaminen en mineralen, die het duivenechtpaar straks nodig heeft voor de leg.

Vredige stilte

Eenmaal thuis is het vredig en stil. Iedereen is nog in diepe rust. Ik vind dit het fijnste moment van de dag. Fris van de wandeling aan de keukentafel schuiven met een dampende kop koffie en iPad. Nog even een blik werpen op de recepten voor straks. Wanneer ik het even snel uitreken, bedenk ik me dat ik een klein uurtje werk heb, om alles in en uit de oven te toveren voor de paasbrunch. Alle tijd dus nog. Mijn rust wordt opeens ruw verstoord door een enorm gekrijs en gejoel buiten. Ik moet glimlachen. De eerste paaseieren worden al in de naastgelegen tuin gezocht. Alsof iemand het startsein heeft gegeven, hoor ik nog meer tuindeuren opengaan en kinderen uitgelaten naar buiten rennen. Gelach, geruzie, gekrijs en zelfs gehuil klinkt van buiten. De zoektocht naar wie de meeste eieren vindt, is begonnen.

Binnenpret

Ik bedenk me opeens wat een verschil deze paasochtend is, vergeleken met vele jaren ervoor. Geen eieren meer zoeken. Mijn mannen hebben vast hun wekkers gezet om op tijd beneden te komen voor de brunch. Terwijl ik een kwartiertje geleden nog heerlijk buiten liep, waren de buren vast stiekem in hun pyjama en badjas, bezig om de eieren te verstoppen. Op zoek naar dat ene plekje, wat hun kinderen vast niet kunnen vinden. Ik moet opeens aan de paasreclame van de Jumbo denken. Ik vind hem briljant!  De vader des huizes, een vriendelijke sullige goedzak, doet vreselijk zijn best om de ultieme verstopplek te vinden. Niet wetend dat zijn kinderen vanuit het slaapkamerraam opschrijven waar hij de eieren allemaal verstopt. Ik bemerk opeens dat het weer dodelijk stil is buiten. Aha, de eieren zijn gevonden. De rust is wedergekeerd.

De kerkklokken zingen hun lied

Mm, ik kan nog best een paar bladzijden lezen van mijn e-book: Hersenschimmen van Bernlef. Een indrukwekkend boek wat ik gelezen had, op de middelbare school, voor mijn eindexamen. Het is altijd in mijn herinnering gebleven. Wat vond ik het erg voor de hoofdpersoon! Het verdriet en de schaamte van zijn beginnende vergeetachtigheid. Hoe hij later zo dement werd, dat hij zich zelfs dat niet meer kon herinneren. Hoe zwaar het niet voor zijn vrouw en directe omgeving was. Ben benieuwd of ik het nog net zo indrukwekkend vind als toen. De kerkklokken beginnen te jubelen en te zingen. Het stemt me vrolijk. Tijd om de keuken in te duiken.

Leeftijd maakt niet uit, het blijven kinderen

Mijn timing klopt niet helemaal en zo wordt het toch nog een race tegen de ovenklok. Ik blijk met het verkeerde gerecht begonnen te zijn en staat de temperatuur van de oven veel te hoog voor het tweede gerecht. Steeds controlerend of het niet te gaar, of erger nog, zwartgeblakerd uit de oven komt, pers ik de sinaasappelen uit. De woonkamerdeur gaat open en met de haren rechtovereind, nog slaperig uit hun ogen kijkend, schuiven de jongens aan de feestelijke paastafel. “Vrolijk Pasen allemaal!” Het is een gezellige brunch. Mijn puberjongens verorberen alles in een rap tempo. “Lekker mam!¨
Voor ik het weet is alles schoon op, bedanken ze me voor de heerlijke brunch en verlaten ze de tafel om te gaan douchen. Ik kijk op de klok. De brunch heeft een half uurtje geduurd. Ik moet er om gniffelen. Of het nu het zoeken is naar eitjes of het verorberen van de brunch. Als ouder heb je er het meeste werk aan. En voor de kinderen? Is het zo weer voorbij.

Foto:
Nationaal Archief

Laat een reactie achter